Hoeselt Vrugger   |     Contact   |     Zoeken
 
 

 

Uit de volksmond

De verdronken schat van Sitsingen

Toen men in Romershoven nog zagen vertelde, was de sage van de schat van Sitsingen één van de toppers.
Rond Sitsingen hing altijd al een waas van geheimzinnigheid: er zou een burcht gestaan hebben met ridders en veldslagen, met bloed en geweld én met geld ...

Er was eens, heel lang geleden ...


Er was eens, heel lang geleden, een heer van Sitsingen die zijn waardevolle bezittingen opgeborgen had in een grote kist. In een tijd van groot gevaar begroef hij de kist ergens in de moerassige grond rond zijn kasteel. Een zwarte hond bewaakte de schat.

Toen, misschien eeuwen later, de kist zou opgegraven worden, in aanwezigheid van een pater en een nieuwsgierig publiek, wist men dat dit in "volstrekte stilte" moest gebeuren en dat ook bij het vrijkomen van de schat geen enkel geluid die stilte mocht verstoren. De kist werd bovengehaald. Iedereen hield de adem in ... maar toen dwarrelde er een blad van een boom en viel op de kist.
De kist zonk een mijl diep in de moerassige bodem. En ligt er vandaag de dag nog.

Zijn de achtergronden van deze sage te toetsen aan de historische werkelijkheid?

Nederzettingsnamen
De nederzettingsnaam Sitsingen ontstond in de 4de - 5de eeuw. Sitsingen is de jongere versie van Kitisingum. Het achtervoegsel -ingum staat voor 'lieden van' en Keit- (hier Kitis-) betekent lief of schitterend. In Kitisingum was men dus 'bij de lieden van de geliefde of de schitterende'!
Opmerkelijk is dat de schrijfwijze in de 13de eeuw nog Csitsingen was (en dat men het woord vermoedelijk als TSJitsingen uitsprak): de 'K' was veranderd in 'TSJ' om vervolgens te verzachten tot 'S'!

Romershoven betekent de boerderij van Rumahari. Nederzettingsnamen op -hoven zijn pas ontstaan in de 7de - 8ste eeuw ... dus ná Sitsingen! [1]

Het hof of de hoeve van Sitsingen
Sitsingen was in de late middeleeuwen een kleine florerende nederzetting aan de rand van Romershoven. Centraal in zo'n kleine woonkern stond meestal één grote hofstad. Dat was ook in Sitsingen het geval: Het hof van Sitsingen was een woonstee & boerderij met alles erop en eraan. Dat betekent: mét een duifhuis of duiventoren én omgeven door grachten. Daarbuiten lagen enkele kleinere hoevetjes waarvan de bewoners geheel of deeltijds werkten op de akkers van de grote hoeve.

Maar geen kasteel
Het is misschien teleurstellend: de uitdrukking 'burcht' of 'kasteel' is in verband met Sitsingen tot op heden in de documenten niet gevonden.
De voogden van Romershoven echter richtten in de late middeleeuwen (14de eeuw) bij de Winterbeek een mot, burcht of blokhuis op. Vermoedelijk eerder als statussymbool dan als militair bolwerk.

van Sitsingen
In het begin van de 13de eeuw deed een van Sitsingen een schenking aan de kerk van Romershoven. De van Sitsingens bleven eigenaars van hun hof tot het begin van de 15de eeuw. Ook hun afstammelingen, die van dan af elders woonden, blijken mannen van aanzien te zijn. Tot in de 16de eeuw vinden we enkelen van hen terug als schouten van Romershoven.

De opvolgers
In de 15de eeuw verscheen er nieuw volk op de hoeve Sitsingen. De familie Obrechts deed haar intrede, mogelijk door huwelijk met een vrouwelijke erfgename, en bleef er wonen tot in het midden van de 16de eeuw.
Ook de Obrechtens hadden niets tekort, ze oefenden de ambten uit van schout en/of schepen in Romershoven en Hoeselt, en één van hun kinderen was licentiaat in de beide rechten en kanunnik in Luik. In 1558 werd hij benoemd tot pastoor van Romershoven.
Van omstreeks 1560 volgen er eigenaars met namen die beginnen met een kleine van: van Elderen, van Laureten, van Haywegen.
In de 18de eeuw was de hoeve eigendom van de familie Jorissen, die er in 1763 labeurde met vier of vijf paarden ...

Een schat
Alle opeenvolgende bewoners van het hof van Sitsingen waren, zoals hierboven blijkt, gegoed en elk van hen kan best een klein fortuin of een schat aan bezittingen vergaard hebben. En dat schatten in kisten bewaard werden was gebruikelijk. Maar die kist begraven in een moerassige ondergrond ...?

Moeras
Water is er in Romershoven nog altijd meer dan voldoende.
De hoeve van Sitsingen had op zeker ogenblik zelfs vijvers. Dus men kan aannemen dat er drassige, moerassige plekjes te over waren waarin een schatkist kon wegzingen ...
Een mijl diep. Té diep.


[1] Voor nederzettingsnamen, zie 'Jan Segers, Haspengouwse nederzettingsnamen. Een Inleiding', p. 14., te vinden op de internetpagina http://www.dbnl.org/tekst/sege010hasp01_01/sege010hasp01_01_0002.htm



Heeft u aanvullende informatie, vragen of opmerkingen?
Mail gerust naar reacties@hoeseltvrugger.be