Hoeselt Vrugger   |     Contact   |     Zoeken
 
 

 

Ach zo zat dat

Bivelen, een grensgeval

Grote-Bivelen in de jaren 1970-1980

De oudste geschreven bronnen situeren Bivelen in het grensgebied tussen Hoeselt en Bilzen. Bivelen was een leengoed van de graaf van Loon en het lag ...iuxta Nederrode, in parochia de Bielsen: vlak naast Nederrode, in de parochie Bilzen. Later, als de grenzen van de gemeenten vastere vorm krijgen, zal blijken dat een deel van de landerijen van Bivelen tot Hoeselt behoorde.


Nederrode, Neroy, de Neder
De elfde eeuw was een relatief voorspoedige periode met als gevolg een bevolkingsaangroei die de uitbreiding van het areaal landbouwgronden noodzakelijk maakte. Ten nooden van het kerndomein Hoeselt werden de aangrenzende bossen gerooid. De nieuwe ontginningen kregen de namen Oprode en Nederrode. Oprode was het hoger gelegen land rond de huidige Groenstraat, Nederrode lag lager en grensde over zijn hele oostelijke lengte aan Bilzen.
De grens tussen Bilzen en Hoeselt was niet overal even duidelijk en zeker niet daar waar ze in de grensoverschrijdende bossen verdween.

Nederrode was Hoeselts en dus Luiks gebied, Bilzen was Loons.

Bivela, Bivelo, Buvelo, Buveloe, Byverloer, Beverloe, Bevelen, Bivelen, Biebelen ...
Vanaf de 13de eeuw is er in de schaarse bronnen sprake van de ridders van Bivelo en van de villa de Bivelo, een kleine kern van bewoning rond het hof van Bivelo. Het hof van Bivelen was niet alleen een enigszins versterke woning, maar ook de zetel van een laathof met afhankelijke cijnsgoederen. De bezitters van die cijnsgoederen moesten jaarlijks en eeuwig een vast bedrag cijns betalen in het laathof.

Groot leen, klein leen
Het hof van Bivelen was een Loons leen met een oppervlakte van meer dan 20 bunder. Een leen van 10 bunder of meer noemde men een groot leen. Oorspronkelijk was de houder van een groot leen bij ontvangst ervan of bij erfopvolging, na dood van de vorige leenman, aan zijn leenheer een heergewede verschuldigd. Dat bestond uit een wapenrusting of een deel ervan, vanaf de 14de eeuw omgezet in een geldbedrag. Een leengoed behield in principe zijn grootte, werd niet verdeeld en ging na dood van de vader over op de oudste zoon. In de latere middeleeuwen echter konden lenen verkocht worden - mits goedkeuring van de leenheer. Lenen konden in uitzonderingsgevallen ook gesplitst worden - met toestemming van de leenheer. Dat gebeurde met het leen Bivelen. Vóór het einde van de 15de eeuw was het gesplitst in Grote-Bivelen, 20 bunder groot en Kleine-Bivelen, met 2 bunder leengoed. Wel te verstaan: de getallen slaan alleen op de leengoederen; aan de hoven, en zeker aan Kleine-Bivelen, was een veel groter areaal landerijen verbonden.

Vanaf de splitsing gingen beide hoven een eigen weg. Kleine-Bivelen bleef altijd in dezelfde familie, de bewoners droegen naast de familienaam 'Thijs' de toenaam 'van Bivelen' en ze waren zonder twijfel inwoners van Bilzen.

Grote-Bivelen, een pachthof onder Bilzen
Zeker in het laatste kwart van de 15de eeuw werd Grote-Bivelen verpacht - of althans niet door de bezitters zelf uitgebaat.
In 1480 verkocht de toenmalige leenhouder of leenman, jonker vanden Steynweech uit Kortenaken, de hoeve met haar toebehoren aan Laurees Bauwens van Maastricht. Dat gebeurde voor de schepenen van de buitenbank van Bilzen.
Laurees Bauwens verplaatste de zetel van het laathof dat verbonden was aan het hof van Bivelen naar Eigenbilzen.

In 1520 droeg de weduwe van Laurees Bauwens haar recht van vruchtgebruik op alle goederen, landen, beemden, bossen... behorend bij het hof van Bivelen, over aan haar zoon. Ze deed dit voor de schepenbank van Hoeselt.
In datzelfde jaar droeg ze echter voor de schepenen van de buitenbank van Bilzen aan dezelfde zoon het vruchtgebruik over van den huyse ende hove te Byveloe metten hoefreysinge bij Merhem gelegen met allen den landen...

Vaststelling: het geheel van de goederen, behorend bij Grote-Bivelen, strekte zich uit over Hoeselt én Bilzen, maar het materiële hof, met haard en schuur, lag onder Bilzen.

In de nasleep van de daaropvolgende verkoop, door de zoon Bauwens, werd een proces gevoerd voor schepenen van Hoeselt, die lering of raad vroegen aan de schepenen van Luik. Het antwoord van de Luiks schepenen luidde: het hof van Bivelen ligt en ressorteert onder de justitie van Buiten-Bilzen. Hoeselt kan in deze geen recht spreken.

In het patrimonium van de abdij van Herkenrode
In 1561 ruilde de abdis van Herkenrode een groot huis en verschillende cleynen huyssekens, gelegen op de Paardenmarkt in Antwerpen, tegen den hoeff van Beverloe met allen sijnder toebehoertten ... onder Bilsen Hoesselt Diepenbeeck oft in wat ander plaetsen gelegen ... ende eenen laethoeff onder Eygenbilsen gelegen genaempt Laureys Bauwens hoeff. De koopwaarde van het geheel was 6.600 gulden Brabants. De ruil of verkoop vond plaats voor stadhouder en leenmannen van de Leenzaal van Kuringen.

In de volgende jaren verwierf de abdij in de nabijheid van Bivelen verschillende bunders land en op 5 mei 1581 kocht ze een huis en hof, gelegen onder Neroy, dat 2 bunder groot was.

Oorlogsleed en brand
Ondertussen teisterde de Tachtigjarige Oorlog onze streken. De oorlogstijd joeg de belastingen de hoogte in en in Bilzen waren die belastingen zelfs nog hoger dan in Hoeselt. Voor de pachter van Bivelen werden het extra noodlottige jaren: in 1580 of 1581 brandde de hoeve af.

De truc met de schuur, van Bilzen naar Hoeselt
Grote-Bivelen, jaren 1970. Gezien van op de binnenplaats: de schuur met rechts het woonhuis.Tekening: Frans Maurissen
Na de brand moest het hof van Bivelen opnieuw opgericht worden. Hiervoor was in 1581 het hogergenoemd huis in Neroy aangekocht. Dit huis - in een later schrijven une petite maison genoemd - werd uitgebouwd tot het nieuwe hof van Bivelen.
Waarom niet gebouwd op de oude grondvesten? Omdat de abdij bewust gekozen had voor Hoeselt - en voor haar profijt. Want de belastingen werden bijna uitsluitend geheven op het bundergebruik en de belasting kwam toe aan de gemeente op wiens grondgebied de inschuring der vruchten gebeurde. Bovendien blijkt dat meer dan honderd jaar later de Hoeselaren die gronden in Bilzen bezaten daarvoor in Hoeselt nog altijd niets betaalden. De abdis en haar pachter hadden de rekening vlug gemaakt: een groot deel van de gronden van Bivelen lag immers onder Bilzen!

De pachters
Pas vanaf het einde van de 16de eeuw kennen we de pachters van Grote-Bivelen:
Wolter vander Caetsbeecken alias Heynen, 1577
Jacob Vanderbeeck alias Tenters alias van Merlemont, 1586
Stas Brauns, 1590
Hendrick Stas van Nederrode, een erfgenaam van Stas Brauns, van na 1590 tot 1605
Peter Stassen alias Peter Brauns, zoon van Hendrick, van 1605 tot aan zijn dood in de jaren 1630
Hendrick Brauns, zoon van Peter, van in de jaren 1630 tot 1643.
Clerx
Toen Hendrick Brauns stierf bleef zijn weduwe, Lysbeth Zomers, pachteres van Bivelen. Het pachtcontract van 1641 was afgesloten op naam van de man én van de vrouw!
Héél lang hoefde Lysbeth de lasten niet alleen te dragen, in 1645 hertrouwde ze met Aerdt Clerx van Rijkhoven, een vroegere buurjongen uit haar geboortedorp.
De Clerxen zouden op Grote-Bivelen blijven tot in de 19de eeuw.
Grote-Bivelen, jaren 1970. Gezien van op de binnenplaats: links het woonhuis, in het midden de toegangspoort aan de straatkant, rechts de stallingen. Tekening: Frans Maurissen

Een weerkerend verhaal
Sinds 1671 kreunde de streek onder de oorlogen die kaderden in de expansiepolitiek van Lodewijk XIV van Frankrijk. Opnieuw was de belastingsdruk extreem hoog en dit keer bleken de tarieven in Bilzen gunstiger dan in Hoeselt.
Het hof van Bivelen, of van Neroy zo men wil, was dringend aan een opknapbeurt toe: ...la cens etant toute ruineuse et caducqeu...
Zoon Jan Clerx nam in 1681 de pacht over van zijn vader Aerdt. Jan sloot niet alleen een nieuw pachtcontract met de abdis van Herkenrode, hij bracht haar ook op ideeën: laten we een nieuwe winning bouwen op de plaats waar het hof van Bivelen in vroegere tijden gestaan heeft, onder de jurisdictie Bilzen ...

Goed uitgekiend en voorbereid: terug van Hoeselt naar Bilzen
In juli 1683 kwam het tot een akkoord tussen Jan Clerx en de dorpsmeesters van het Bilzens gehucht Merem. Er werd bepaald dat de abdij van Herkenrode, lees: Jan Clerx, voor een termijn van 7 jaar vrij gesteld werd van alle lasten, taksen en schattingen. Maar van zodra de - nog te bouwen - winning onder Bilzen in gebruik was genomen, moest Jan de vaarten en reparaties aan de wegen uitvoeren, net als alle andere ingezetenen.
Eind 1684 woonde het gezin Jan Clerx in Bilzen: hun tweede kind werd er in december gedoopt, terwijl het oudste, geboren in oktober 1683, nog in Hoeselt gedoopt was.

Waar?
Ferrariskaart, rond 1775
Vergroot

[Het getal 72 geeft de jurisdictie Bilzen aan, 8 de jurisdictie Hoeselt. Het woord Groenstraet staat op de verkeerde plaats. De weg die in de linker helft van het beeld vertikaal of noord-zuid loopt is de Nederstraat met in haar verlengde de Oude Nederbaan.]

Men mag aannemen dat de huidige hoeve Grote-Bivelen staat op de plaats waar het hof vóór 1581, onder Bilzen, lag.

In 1683, nog vóór de verhuis naar Bilzen, vond de grensafpaling Hoeselt-Bilzen plaats; we volgen de grens:
... komende van Beverst ... laetende liggen ter linckerhandt den waetervall in die jurisdictie van Bilsen ende van daer opgaende laetende als voor liggen ter slinckerhandt het blouck waerop die wenninghe van mevrouwe van Herxenrode plagh te staen onder Bilsen ende gaende soo voorts naer den Tacxenbosch...
In 1707 wordt er in een proces verwezen naar de verplaatsing van 1684:
... dat het hof, Bibelen geheten, ongeveer twintig jaar geleden overgebracht werd van de jurisdictie Hoeselt naar de jurisdictie Bilzen, met andere woorden, naar de andere kant van de straat die de beide jurisdicties scheidt...
Grote-Bivelen, jaren 1970. Woonhuis, gezien vanaf de straat. Tekening: Hilde Lambrechts.
Processen
Doorheen de hele 18de eeuw zijn er processen gevoerd - zowel door de gemeente Hoeselt als door de gemeente Bilzen - tegen de pachter zelf of tegen de abdis, altijd in verband met de belastingen die de uitbating Grote-Bivelen aan beide gemeenten verschuldigd was.

Zwart goed
In de Franse Tijd werden de kerkelijke goederen aangeslagen en publiek verkocht. Servaes Clerx, de kleinzoon van Jan, kocht Grote-Bivelen en de bijhorende landerijen. De uitbating was toen bijna 80 bunder groot: 62 bunder onder Bilzen en 17 bunder onder Hoeselt.

...en weer van Bilzen naar Hoeselt
In 1977, toen de gemeentegrenzen een laatste correctie kregen, bepaalde de autosnelweg op verschillende plaatsen de nieuwe grens tussen Hoeselt en Bilzen. En zo gebeurde het dat Grote-Bivelen voor de derde keer van de ene gemeente naar de andere verhuisde. Dit keer zonder dat er een steen hoefde verplaatst te worden ...




Heeft u aanvullende informatie, vragen of opmerkingen?
Mail gerust naar reacties@hoeseltvrugger.be