|
|||||||
|
Èn 't plat gëzaatDialectwoorden die praktisch niet meer gebruikt worden
Onze grootouders gebruikten woorden die nu nog zelden of nooit gebruikt worden.
We denken aan : prijkël = gevaarlijk. Meestal zegt men nu : gëvôorlëk. Ook sommige gebruiksvoorwerpen zijn niet meer in zwang. Ik denk aan : wùlvërkë = houten vlinderslot.
Een aantal woorden die stilaan in de vergeethoek raken :
* môrë : van mare (vertellingen, over de weerwolf, spoken) * vùr froistùnswil : letterlijk, om fraai te staan : om goed te staan met iemand * sint grins : huilebalk, kind dat veel weent * ampër : bijna * rèk : afstand * plenkër : iemand die niet recht naar huis gaat * këduk : bouwvallig, versleten * makkëmentëg : sukkelachtig, gebrekkig * wès : në wès stro, bussel stro * gâasdrwo'd : kippendraad * hôzëwee: braakliggend stuk grond * lèftoch : letterl.leeftocht , vruchtgebruik * meezuutjë : meizoetje , madeliefje * gëmek : geslachtsdelen * sjoileuzëg : iets wat nadelig uitvalt * átërmwo't : nagras * minnëkë : vulling voor vulpotlood * mùntëg vùr zégë : koe die na het kalven geen melk meer geeft * tôeg : bepaalde maanstand, afgaande maan * pèl-mèl : fotokader met meerdere foto's * ùrtë : etensresten * langë : geven * kommoi : hardgebakken veldbrik * bësnietë : bekopen * kërwiddërë : ongeduldig heen en weer lopen * vuurmoi : glimwormpje * wèntërgruun : wintergroen, klimop * taggë : kijven * prijkël : gevaarlijk * wo's : kous, sok * sjauwë ; hoeden voor, oppassen * èlvër : armvol * allëmërijë : gedurig aan * altëlichëlëk : heel waarschijnlijk * groevë bêe-n : aan huis melden gaan dat iemand is gestorven in de straat * perkuskës : geweer- of revolver-knallertjes * fëtútë : fratsen * van geng go'n : zijn gang gaan * prausë : pochen, pronken * keskënôtë : omhaal , complimenten, 'bësjaar' * noi : niet graag * ollëg : bezig * hèstëg : onverwacht, haastig * përzonksës : verdachtmakingen * riebank : rekkenraam * tjièddël : draaipin van scharnier Heeft u aanvullende informatie, vragen of opmerkingen? |
||||||